Quinnipiac Bobcats was na de resultaten van vorig weekend uit de top-10 van de rankings gevallen. Het team van Guus van Nes was vorige week terug te vinden op een vijftiende plaats. Na de twee wedstrijden van afgelopen weekend zijn de Bobcats wat verder weggezakt.
Voor de eerste keer dit seizoen speelde Quinnipiac tegen twee tegenstanders in één weekend. Eerder dit seizoen stonden er dubbele ontmoetingen op het programma in de weekenden. Dat vergt een andere voorbereiding. Van Nes: “We doen altijd een hoop video reviews over de tegenstander voor de wedstrijden van het aanstaande weekend. Dat is met verschillende tegenstanders toch anders. Eerst is alles gefocust op de vrijdag. Daarna is het dus op vrijdagavond snel omschakelen. We kwamen die avond laat aan in het hotel en dan is er de volgende ochtend video bespreking voor de zaterdag wedstrijd.”
Tekst gaat verder onder de foto
Dartmouth – Quinnipiac 2-2
De Bobcats gingen op vrijdag op bezoek bij de Big Green Men. Dartmouth speelde dit seizoen nog maar twee wedstrijden, die beiden werden verloren. De laatste in overtime. Ook tegen Van Nes en consorten werd het een overtime.
De eerste periode ging gelijk op in Hanover, New Hampshire. Dartmouth kwam op 1-0 maar de Bobcats wisten al snel de gelijkmaker te maken. Nick Jermain wist op powerplay het net van de Big Green Men te vinden.
In het middenstuk was Quinnipiac de betere ploeg. Onze landgenoot speelde sterk en liet zich gelden tijdens zijn shifts. Van Nes was duidelijk aanwezig maar kwam niet tot scoren of een assist. Toch waren het de Bobcats die op een 2-1 voorsprong kwamen. Ethan Leyh scoorde zijn derde goal van het seizoen.
De derde periode waren de ploegen gelijkwaardig. Desondanks wist Dartmouth de gelijkmaker binnen te werken. De 2-2 stand bleef staan tot aan het eindsignaal van de reguliere tijd. In overtime namen de Bobcats licht de overhand, maar in de extra vijf minuten werd er niet meer gescoord waardoor de wedstrijd eindigde in een gelijkspel.
Tekst gaat verder onder de video
Harvard – Quinnipiac 7-2
De nummer achttien in de USCHO ranking ontving op zaterdag de nummer 15. Harvard Crimson had de eerdere twee wedstrijden met 7-3 en 3-0 gewonnen. Een ploeg met gevaarlijke aanvalslijnen. Zo bleek ook in de wedstrijd tegen de Bobcats. Het aantal schoten op doel gaf een tegenovergesteld beeld van de einduitslag. Harvad van het doel van ‘Q’ 23 keer onder vuur. De Bobcats schoten 34 keer op het doel van Crimson (verwijzend naar de kleur uit het schildwapen van de universiteit).
Tot de 37ste minuut, de stand was 3-1, zat Quinnipiac nog redelijk goed in de wedstrijd. Het stond twee goals achter nadat het in de eerste periode drie goals moest slikken (op zeven schoten). Wyatt Bongiovanni scoorde aan het begin van de tweede periode de 3-1 in een vijf tegen drie powerplay. Ondanks deze achterstand kon de wedstrijd zomaar omslaan. ‘Q’ speelde niet slecht en wist Harvard onder druk te zetten. Evan Fear was Keith Petruzzelli in het doel van de Bobcats komen vervangen na de eerste periode en deed dat prima. Er ontbrak echter één ding en dat was het maken van goals. En dat deed Harvard, net voor de tweede pauze, wel. Twee keer zelfs. Met een 5-1 tussenstand mochten de Zamboni’s weer het ijs op.
Quinnipiac gaf zich echter nog niet gewonnen. Aanvoerder Nick Jermain gaf binnen achttien seconden in de derde periode het goede voorbeeld en scoorde de 5-2. Het euvel waar de Bobcats echter eerder in de wedstrijd (en ook vorig weekend) mee kampte was de effectiviteit. De ploeg weet kansen te creëren. Het benutten daarvan is echter een tweede. Harvard deed dat beter en bracht de eindstand uiteindelijk op 7-2. Een lesje effectiviteit: zeven goals op 23 schoten.
Quinnipiac had duidelijk een slechte dag. Deze wedstrijd was zeker niet wat er verwacht mag worden van het team. Ook de commentatoren van ESPN wisten het zeker: De Bobcats hebben een veel beter team dan wat ze tegen Harvard hebben laten zien.
Tekst gaat verder onder de video
Van Nes: “Hier leren we van.”
Van Nes was in de wedstrijd tegen Harvard minder dwingend aanwezig dan in de voorgaande wedstrijd. De aanvaller maakt geen deel uit van de penalty-kill unit en Quinnipiac had heel wat minuten te spelen met een man minder op het ijs.
De resultaten van het afgelopen weekend waren niet zoals gewenst. Maar de Nederlandse Bobcat zit niet bij de pakken neer en is al weer bezig met de volgende wedstrijden: “Ik denk dat we als team meer verdiende op vrijdag dan een gelijkspel. Helaas was dat niet het geval. Zaterdag was het niet best. Als team waren we niet klaar om te spelen. Hier leren we echter van en we gaan weer volop voorbereiden op komend weekend”, sluit Van Nes af.
De ranking en de conferences
Vrijdag en zaterdag spelen de Bobcats twee thuiswedstrijden. Twee wedstrijden waarbij de tegenstanders een duidelijk Nederlandse invloed hebben. Union Dutchmen is de eerste tegenstander. Zaterdag volgt de wedstrijd tegen Rensselaer. Een universiteit die is vernoemt naar een familie uit De Nederlanden die in de zeventiende eeuw naar het gebied van het huidige New York emigreerden en waar de universiteit is gevestigd. Zowel Union als RPI komen, met Quinnipiac uit in de ECAC.
Tekst gaat verder onder de foto
In de rankings van USCHO (top-20) en USA Today (Top-15) staat Quinnipiac (4-4-1) deze week niet meer. Voor het eerst in 27 rankings staan de Bobcats hierin niet genoteerd. Wel hebben ze punten gekregen en doorgerekend zouden ze nu 22ste (USCHO) en 20ste (USA Today) staan.
Met Cornell, Clarkson en Harvard heeft de ECAC nu drie teams in de top-20 staan. Hofleverancier zijn de Hockey East en de National Collegiate Hockey Conference met ieder vijf teams. De laatste vier NCAA kampioenen spelen allemaal in de NCHC: Minnesota Duluth (2019 en 2018), Denver (2017) en North Dakota (2016).
USCHO Division I Men’s Poll – 11 november 2019
| Rnk | Team | Record | Points | Last Poll | Conference |
| 1 | Minnesota State | 8-1-1 | 961 | 3 | WCHA |
| 2 | Denver | 8-1-1 | 913 | 1 | NCHC |
| 3 | Cornell | 4-0-0 | 890 | 4 | ECAC |
| 4 | Notre Dame | 7-0-1 | 882 | 5 | Big Ten |
| 5 | Massachusetts | 6-2-0 | 774 | 2 | Hockey East |
| 6 | Minnesota Duluth | 4-3-1 | 734 | 7 | NCHC |
| 7 | Clarkson | 7-2-1 | 671 | 8 | ECAC |
| 8 | Penn State | 7-2-1 | 639 | 6 | Big Ten |
| 9 | North Dakota | 7-1-1 | 620 | 10 | NCHC |
| 10 | Providence | 5-3-2 | 473 | 11 | Hockey East |
| 11 | Ohio State | 6-3-1 | 470 | 9 | Big Ten |
| 12 | UMass Lowell | 7-2-3 | 406 | 14 | Hockey East |
| 13 | Harvard | 3-0-0 | 389 | 18 | ECAC |
| 14 | Northeastern | 5-3-2 | 359 | 13 | Hockey East |
| 15 | Wisconsin | 5-5-0 | 307 | 12 | Big Ten |
| 16 | Boston College | 5-4-0 | 193 | 19 | Hockey East |
| 17 | Bowling Green | 5-4-0 | 166 | 17 | WCHA |
| 18 | Northern Michigan | 6-2-2 | 160 | 16 | WCHA |
| 19 | Omaha | 5-2-1 | 127 | 20 | NCHC |
| 20 | Western Michigan | 5-3-2 | 87 | NR | NCHC |
Teams die de top-20 niet haalden, maar wel punten kregen zijn: RIT 77, Quinnipiac 75, New Hampshire 42, St. Cloud 33, Maine 24, Boston University 11, Arizona State 7, Alaska 5 en Brown 5
